Het hebben van toegang tot de arbeidsmarkt en betaald werk is van groot belang voor de financiële zelfstandigheid van vrouwen. Financiële zelfstandigheid zorgt ervoor dat vrouwen in vrijheid een keuze kunnen maken om bij een partner te zijn, of om een partner te verlaten. Daarnaast is het vaak een belangrijke bron van erkenning, identiteit en vervulling. De positie van vrouwen op de arbeidsmarkt is echter nog verre van gewaarborgd. Zwangerschapsdiscriminatie is nog steeds een enorm probleem. Vaders worden in de verlofregelingen en in de wettelijke bescherming van hun ouderschap achtergesteld. Tegelijkertijd doen vrouwen nog steeds de hoofdmoot van het onbetaalde werk in kinder- en mantelzorg en in het huishouden. De loonkloof tussen vrouwen en mannen laat ook zien dat, hoewel er recht is op gelijke beloning, deze rechten in de praktijk nog onvoldoende gewaarborgd zijn.

Statistiek

Waarom is dit thema een speerpunt voor Bureau Clara Wichmann? De onderstaande statistieken geven een schets van de situatie rondom de positie van vrouwen in werk en zorg.

Zo is er nog altijd sprake van een loonkloof tussen vrouwen en mannen:

  • In 2014 verdienden vrouwen gemiddeld jaarlijks €30,200, terwijl mannen jaarlijks gemiddeld €51,100 verdienden.
  • Het gemiddeld bruto-uurloon van 45-49-jarige werknemers in het bedrijfsleven is voor vrouwen €21,10 en voor mannen €27,20. Mannen verdienen per uur gemiddeld dus 28,91% meer dan vrouwen[2].
  • Het gemiddeld bruto-uurloon van 45-49-jarige werknemers bij de overheid is voor vrouwen €26,00 en voor mannen €27,80. Mannen verdienen per uur gemiddeld dus 6,92% meer dan vrouwen[3].
  • In 2015 was 54% van de vrouwen economisch zelfstandig, ten opzichte van 74% van de mannen[4].
  • Bij 69% van alle paren met kinderen verdient de man meer. Bij paren zonder kinderen is dit 55%[5].

In 2013 nam 23,39% van de mannen met recht op ouderschapsverlof dat verlof op, tegenover 57,26% van de vrouwen. Ruim driekwart van de vaders neemt dus geen ouderschapsverlof op[6].

  • Van de vrouwen zonder kinderen werkt 48% meer dan 35 uur in de week. Na de geboorte van het eerste kind is dit 24%[7].
  • Bij 70% van de ouders van eenjarige kinderen is de vrouw meer dan één dag in de week thuis terwijl de partner werkt. Bij mannen is dit 11%[8].
  • 45% van de mannen zonder kind vindt dat een vrouw geschikter is om kleine kinderen op te voeden dan een man, tegenover 22% van de vrouwen zonder kind[9].

Ook in de flexibele arbeidsmarkt is er een verschil tussen mannen en vrouwen:

  • 23,6%% van de vrouwen heeft een flexibele baan, tegenover 19.3% van de mannen[10]

Welke Juridische acties onderneemt Bureau Clara Wichmann

Clara Wichmann zet zich op verschillende manieren in om stereotypering en beeldvorming van vrouwen tegen te gaan. Hieronder een overzicht van rechtszaken of projecten van Bureau Clara Wichman met betrekking tot dit thema.

Alliantie Samen werkt het!
De Alliantie Samen werkt het! is een samenwerking van Bureau Clara Wichmann met Movisie, Nederlandse Vrouwen Raad, WO=MEN, WOMEN Inc en het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) en loopt van 2018 tot en met 2022. De Alliantie streeft naar een maatschappij waarin mannen en vrouwen vrije keuze en gelijke mogelijkheden hebben én benutten voor het combineren van betaald werk en onbetaalde zorg. Met de #BeperktZicht campagne wil de Alliantie stereotype beeldvorming blootleggen én doorbreken. Want de dominante ideeën die bestaan over de rollen van vrouwen en mannen en de weerspiegeling daarvan in de media, vormen een barrière voor gelijkwaardige en vrije keuzes van vrouwen en mannen maken op het gebied van werk en zorg. Bureau Clara Wichmann organiseert vier keer per jaar een expertmeeting, voert juridisch onderzoek uit en ontwikkelt momenteel een digitaal juridisch spreekuur waar vrouwen met hun vragen kunnen komen. Updates over dit spreekuur komen op de website te staan.

Coalitie Studerende moeders
Bureau Clara Wichmann maakt deel uit van de coalitie ‘Studerende moeders’. De Coalitie Studerende Moeders bestaat uit Bureau Clara Wichmann, Steunpunt Studerende Moeders, PILP, Nederlands Juristencomité voor de Mensenrechten, Vereniging voor Vrouw en Recht Clara Wichmann, Nederlandse Vrouwenraad en FNV Vrouw. Samen probeert de coalitie de voorzieningen voor studerende moeders te verbeteren. Uit cijfers blijkt dat in het MBO 50% en in het HBO en WO 75 % van de studerende moeders en zwangere studenten voortijdig uitvallen[11]. Dit zou niet zo moeten zijn: zwangere studenten of studerende moeders hebben rechten. Als onderwijsinstellingen geen of onvoldoende rekening houden met deze situatie is er mogelijk sprake van discriminatie. De Minister van Onderwijs Cultuur en Wetenschap (OCW) heeft in eerdere briefwisseling aangegeven dat de verantwoordelijkheid voor studerende moeders en zwangere studenten bij de onderwijsinstellingen ligt. De instellingen zouden aan maatwerk moeten doen.
Naar aanleiding van gesprekken met de coalitie heeft het Ministerie OCW in januari 2017 besloten het recht van studenten in het mbo op zwangerschaps-en bevallingsverlof in de wet vast te leggen. Inmiddels is hiervoor een wetsvoorstel waarop de coalitie heeft gereageerd. Lees hier deze reactie.

[1] idem.

[2] idem.

[3] idem.

[4] idem.

[5] idem.

[6] http://www.cbs.nl/nl-nl/nieuws/2015/25/ruim-drie-kwart-vaders-neemt-geen-ouderschapsverlof-op

[7] Emanicipatiemonitor 2016, http://www.scp.nl/Publicaties/Alle_publicaties/Publicaties_2016/Emancipatiemonitor_2016

[8] idem.

[9] idem.

[10] http://www.cpb.nl/sites/default/files/omnidownload/CPB-Achtergronddocument-17nov2016-De-flexibele-schil-van-de-nederlandse-arbeidsmarkt-een-analyse-op-basis-van-microdata.pdf

[11] Kamerstuk II 2014/15, 24 724, nr. 135